Het Brussels Gewest neemt deel aan de ‘City Dialogue’ van EUROCITIES: ‘Covid-19 en stedelijke ontwikkeling’
Op 14 april 2021 nam perspective.brussels deel aan de City Dialogue, een initiatief van Eurocities om na te denken over de toekomst van de Europese steden in de wereld na de pandemie. Een mooie gelegenheid voor het Brussels Gewest om de conclusies van het wetenschappelijk verslag over huisvesting op Europees niveau voor te stellen.
Is COVID-19 een stedelijke ziekte?
Sébastien Bourdin, professor aan de EM Normandie Business School, lichtte de resultaten toe van de ESPON-studie over de geografische spreiding van de eerste golf van de epidemie in Europa en de eerste beleidsmatige reacties. De onderzoekers brachten de circulatie van het virus in kaart aan de hand van een database met regionale geografische gegevens over de dagelijkse overlijdens van februari tot augustus 2020.
Hoewel de snelle wereldwijde verspreiding van het virus het gevolg is van de globalisering, mag de lokale verspreiding niet over het hoofd worden gezien. Uit de studie blijkt dat, hoewel de dichtheid een duidelijke rol speelde bij het begin van de pandemie, later nog andere bepalende factoren een belangrijkere rol zijn gaan spelen (zoals connectiviteit, overbevolking, de gemiddelde leeftijd van de bevolking of het niveau van de gezondheidszorg…).
Er wordt in dat verband ook ingezoomd op het bestuur. De onderzoekers toonden namelijk aan dat de bestuursstructuur een invloed had op de geografische spreiding van de pandemie. Tot slot stelden de onderzoekers vast dat de antwoorden van de verschillende gebieden voornamelijk mikten op de korte termijn en dat de genomen maatregelen eerder defensief dan offensief waren.
Het ESPON-programma zal binnenkort een vervolg aan deze studie breien om de volgende golven te analyseren en te peilen naar de sociale en territoriale gevolgen van de pandemie.
Mobiliteit en huisvesting: gevolgen voor stadsplanning en stedelijke governance
Twee concrete casestudies op het gebied van huisvesting en mobiliteit/openbare ruimte, werden respectievelijk door Brussel en Milaan aangebracht. Beide voorbeelden illustreren hoe steden lessen trekken uit de crisis om zich aan te passen aan de stedelijke uitdagingen.
Wonen in Brussel: welke uitdagingen?
Susanne Eliasson, lid van het Wetenschappelijk Comité Huisvesting, gaf toelichting bij de uitdagingen en aanbevelingen van het verslag dat door het Comité aan de Brusselse regering werd voorgelegd.
Het verslag wijst op volgende uitdagingen:
- Er moeten dringend oplossingen komen als antwoord op de toenemende vraag naar openbare en sociale woningen
- De kwaliteit van de woningen moet beter
- Er moet worden nagedacht over de verbanden tussen gezondheid en architectuur en tussen gezondheid en stedenbouw, en tegelijk moeten we onze relatie met de natuur opnieuw in vraag stellen
- Er is meer kennis (en dus meer data) over huisvesting nodig
- Er moet een beter georganiseerd huisvestingsbeleid komen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Om die uitdagingen aan te pakken, worden de volgende aanbevelingen geformuleerd:
- Het beheer bij de productie van openbare huisvesting verbeteren en de socialisatie van het particuliere woningpark waarborgen
- De kwaliteit en de leefomstandigheden binnen het bestaande woningenpatrimonium verbeteren
- De infrastructurele veerkracht van het woningpark vergroten
- Een gedeeld kader tot stand brengen tussen de verschillende actoren die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest actief zijn op het vlak van huisvesting.
“Strade Aperte”, of hoe Milaan zijn mobiliteit optimaliseert
De eerste ambitie van dit project, dat door Stefano Sgarbossa van het milieu- en mobiliteitsagentschap van Milaan werd voorgesteld, is om het aandeel van de auto terug te dringen. Maar daar stopt het project niet. “Strade Aperte” omvat 2 nieuwe fietspaden, een verlaging van de maximumsnelheid tot 30 km/u, nieuwe voorzieningen op kruispunten voor voetgangers en fietsers en een verbreding van de voetpaden.
De resultaten van het project, die door een smart systeem werden verzameld, zijn opmerkelijk: een vermindering van het aandeel van de auto met 10% en een toename van het aandeel van de fiets met 13%.
Aandachtspunten
Tijdens deze City Dialogue van EUROCITIES, voorgezeten door perspective.brussels, werd het begrip ‘liveability’ of ‘leefbaarheid’ als sleutelbegrip naar voren geschoven. Om die leefbaarheid mogelijk te maken, wordt ingezoomd op vier essentiële domeinen:
- Het is van belang om het begrip dichtheid te herbekijken en de voorkeur te geven aan een meer kwalitatieve en leefbare dichtheid, die rekening houdt met het milieu en de bewoners.
- Het is van belang om opnieuw na te denken over huisvesting. Een dergelijke denkoefening is essentieel in het kader van de realiteit van het telewerken en van leefbaardere, betaalbaardere en milieuvriendelijkere woningen.
- Het is van belang om de openbare ruimte als bindmiddel in onze steden te herbekijken. We moeten die dus gastvrijer en leefbaarder maken voor iedereen.
- Het hertekenen van onze steden betekent ook dat we de relatie tussen steden en hun grootstedelijke omgeving opnieuw onder de loep moeten nemen. Daarvoor moeten degelijke partnerschappen tot stand worden gebracht tussen stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden.
Andere elementen van dit debat zijn te vinden in het artikel ‘COVID-19, an urban disease?’, dat werd gepubliceerd op de website van Eurocities, met inzichten van perspective.brussels en de EM Normandie Business School.
Meer informatie
- Europese actie
- Artikel van Eurocities “Covid-19, an urban disease?“
- ESPON-studie over de geografische spreiding van COVID-19 en de eerste beleidsresponsen van Europese regio’s en steden
- Verslag over de werkzaamheden van het Wetenschappelijk Comité Huisvesting